Het congres vond plaats in de Collegio Agostiniano Internazionale Santa Monica in Rome. Het thema voor dit congres was: Walking together in communion, participation and mission. Vrij vertaald: Samen wandelen in gemeenschap, deelname en missie.
Anders dan de vorige keren werd alle informatie digitaal aangeleverd. Je kon je aanmelden via een app die op verschillende plaatsen in het gebouw hing. Via onze telefoon werden dagindeling, liturgie en mededelingen doorgegeven. Een wereld van verschil met het eerste congres, maar ook wel wennen.
De voertalen waren tijdens dit congres Spaans en Engels. De Lauden werden elke morgen in het Auditorium gelezen. De eucharistieviering was telkens in de kapel. Waren de Lauden in het Spaans, was de eucharistieviering in het Engels en omgekeerd. De Latijns-Amerikaanse mensen vielen op door hun enorme blijheid en enthousiasme in hun zingend vieren.
De lezingen waren boeiend, en natuurlijk ook in lijn met waar de Wereldkerk aandacht voor vraagt: het synodale proces. Na de lezing werd het luisteren in de lijn van de H. Geest ’s middags in groepjes uitgewerkt. Het eerst naar elkaar luisteren, zonder commentaar en dan stilte om te vragen om de H. Geest en daarna weer in gesprek met elkaar gaan bleek voor de meeste mensen een behoorlijke opgave! Gelukkig waren we hier in tegenstelling tot de eerste kennismaking wél ingedeeld op taal.
Het was voor veel mensen een verrassing dat het 1e Internationale Augustijnse Lekencongres dit jaar precies 25 jaar geleden was! Onze historische inbreng tijdens het congres werd zeer op prijs gesteld. In Rome bleek niet zo heel veel bewaard gebleven. ‘Elke generaal moet met een zo schoon mogelijke lei kunnen beginnen’ is de gedachte.
Bij een van de lezingen kwamen we een bekende tegen, Joe Kelley. En, net als bij de lezing in Nederland, was hij ook hier zeer inspirerend. We proberen de tekst nog te pakken te krijgen. Tot nu toe zijn er alleen hand-outs van de lezingen digitaal doorgegeven.
Structuur van de lekenbeweging
Vrijdag stond in het teken van de organisatie van de lekenbeweging.
’s Morgens werden alle vertegenwoordigers voorgesteld. Eén van hen was onder behandeling in het ziekenhuis (chemo) en kwam via een live-verbinding toch ons congres binnen. ’s Middags werden de statuten van de lekenbeweging besproken. Deze beschrijven de structuur waarop de augustijnse lekenbewegingen wereldwijd georganiseerd worden. Al bij het eerste congres ‘zomaar bij elkaar gekomen’ werd de roep om structuur in elk congres sterker.
Het bleek echter ook erg lastig om dit tot stand te brengen. In de tijd tussen de laatste twee congressen (2012 en 2019) is in coronatijd(!) een structuur bedacht en min of meer gerealiseerd die via de lijn van de provincies (circumscriptions) en werelddelen loopt. De werelddelen zijn: Europa, Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Afrika en South Pacific.
Alle provinciaals zijn aangeschreven en gevraagd een vertegenwoordiger aan te wijzen die alle lekenactiviteiten in zijn provincie vertegenwoordigd (dus ook die van de fraterniteiten). Per werelddeel (de Orde is verdeeld in vijf werelddelen) vormen de vertegenwoordigers een deelcommissie, die wordt geleid door een coördinator. Luis is de coördinator voor Europa. De vijf coördinatoren onderhouden het contact met de Augustijnse Commissie van de Leken in Rome. Het is inmiddels zelfs zover dat één van hen, Luis Arana tot aan het volgende kapittel, lid is van de Augustijnse Commissie van de Leken. Er waren al wel leken betrokken bij de voorbereiding, maar tot nu toe was nog nooit een leek lid van die commissie. Het bouwwerk staat, maar het staat of valt ook met de paters provincialen en wie als vertegenwoordiger is gekozen. De grootste klus bleek niet het aanschrijven van hen, maar een antwoord terug zien te krijgen. Door de kapittelstructuur binnen de Orde zijn provinciaals en generaals niet altijd dezelfde en blijft de organisatie erg afhankelijk van hun inzet. Dat is ook terdege als een zwakte aangegeven. Maar het lijkt tot nu toe de beste manier om consistentie te houden. Luis Arana komt vanuit Argentinië, spreekt dus Spaans, en is getrouwd met een Engelse en woont in Engeland en spreekt dan ook vloeiend Engels. Als jurist is hij een enorme aanwinst voor de Augustijnse lekenbeweging in Europa en heeft hij werk verzet om deze structuur voor lekenbewegingen mee op te zetten. De statuten zijn dus geen vervanging van hoe lekenbewegingen zoals fraterniteiten en onze eigen FAN intern georganiseerd zijn, maar om de internationale lekenbeweging binnen de Orde te structureren en vorm te geven.
We hebben die middag veel uitwisseling gehad over wat er in Europa nog aan augustijns lekengebeuren is. Daarmee maak je ook kennis met de enorme verschillen binnen de verschillende landen. Spanje kent bijvoorbeeld een structuur van Augustijnse scholen en parochies. Daarmee zijn de lijnen naar de verschillende leeftijden en de parochianen erg kort. De meeste lekenbewegingen zijn overigens gelieerd aan augustijnse- conventen, scholen of kloosters. De coronatijd bleek een gouden tijd om de onderlinge communicatie digitaal van de grond te krijgen. Er werd veel gezoomd enz. Maar het digitaal ontmoeten bleek ook een middel om verder uit elkaar levende augustijnse leken met elkaar in verbinding te houden. Een van de doelen van het congres, onderlinge communicatie is digitaal opgepakt. Er is een account waar je de vertegenwoordigende coördinatoren kunt bereiken.
De volgende dag zijn we met de bus (3 uur heen, 3 uur terug) naar Tollentijn, naar de kerk van St. Nicolaas, de eerste augustijnse heilige gegaan. Met bewondering hebben we rondgekeken naar de verwoestingen van de aardbeving en de wederopbouw van de kerk.
We werden daar onthaald op een uitgebreide lunch. Voor hen ook een gelegenheid om geld binnen te brengen. Voor ons een inkijkje in het convent. Eduard heeft er in zijn studietijd veel tijd doorgebracht, vertelde hij.
Zondag stonden we op een erg warm Sint Pietersplein, op een gemarkeerde plek, bij de paus, te luisteren naar zijn ‘een speciaal welkom voor de leken van het Augustijns congres’ en kregen alle aanwezigen de pauselijke zegen. Het was indrukwekkend om daar met de groep, maar ook met zoveel anderen te staan. De volgende dag was het al weer de laatste dag van het congres.
De lezing van de Prior Generaal, pater Alejandro Moral, en de ronde-tafel-ontmoetingen samen met de uitgesproken verwachtingen voor de toekomst waren de laatste items.
Natuurlijk werd er een groepsfoto op de trappen van het Patristicum gemaakt. We sloten af met een eucharistieviering met pater kardinaal Prevost o.s.a. oud pater generaal van de orde. Zijn ‘weer even samen’ na het overhandigen van het gedachtenisprentje van Wim Sleddens vonden we hartverwarmend. Ter afsluiting van het congres was er een lopend buffet in de tuin van de Augustijnen. Wijzelf maakten nog een foto op het bekende dakterras. We zijn erg blij dat we naar het congres zijn geweest.
Bij het we gaan naar het congres, hadden we ons wel gerealiseerd dat het de gewoonte is om iets mee te nemen vanuit je land, liefst augustijns gekleurd. Met de nieuwe icoon van H. Augustinus in onze kerk, hadden we snel bedacht, dat die daar een hoofdrol in zou kunnen hebben. En Nederlandser dan houten klompjes kun je bijna niet zijn…
Ze werden met veel plezier in ontvangst genomen op de Social evening in de binnentuin van het convent.
We zijn nog steeds erg onder de indruk van de hartelijke ontvangst in Rome en al het werk dat daar voor de leken gedaan is!
tekst: Bettineke, Evert Jan en Jan Martijn van der Werf
foto’s: diverse congresleden